Vandaag bezocht ik de Warandeputten in Moerbrugge. Het was lang geleden dat ik daar nog eens ging wandelen. Bij de eerste vogelkijkhut kwam een winterkoning me verblijden met zijn heldere zang.
In de struik rechtover de hut kwam een rietgors ook zijn lied kwelen, terwijl wat later een ijsvogeltje met succes kwam vissen.
In het riet voor de hut kwam het winterkoningje terug en voerde er zijn beste kunstjes uit. Hij toonde me zelfs de befaamde "Kim Clijsters-spreidstand".
Na dit circusnummer verplaatste ik me naar de volgende hut die uitgeeft op de grote plas. Er was niets speciaal te zien: een 20-tal kuifeenden, een tafeleend, wat meerkoeten en een overvliegende blauwe reiger.
Bij het verlaten van de putten stuitte ik nog op een bruine pad.
In de late namiddag ging ik nog eens kijken naar de velduilen. Toen in aan D'Heye, een natuurreservaat in Bredene, passeerde zag ik een ooievaar zitten. Ik stopte op de weg en klikte vlug op de ontspanknop van mijn toestel. Goed dat dit altijd klaar ligt naast mij!
In Noordede zaten terug onze twee velduilen. Ene zat zo goed verscholen dat ik deze bijna niet zag, de tweede bleef rustig zitten in het dorre gras. Jagen deden ze niet: er stond net iets te veel wind.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten